Sportfotografie
Sportfotografie is snelle fotografie (tenzij je een sport als schaken fotografeert). Daarbij moet je er dus voor zorgen dat je een snelle sluitertijd gebruikt, zodat je de actie goed bevriest. Voor voetbal gebruik ik zelf vaak rond de 1/800 of 1/1000, net wat de lichtinval die dag toelaat.
Gebruik bij sportfotografie, ook afhankelijk van soort sport, altijd een lange zoomlens. 300mm of 400mm is ideaal. Zorg er in ieder geval voor dat je minstens 200mm hebt. Op die manier kun je echt inzoomen op de actie.
Zorg er trouwens bij het uitkiezen van een lens ook voor dat je een redelijk snelle lens hebt, bijvoorbeeld f/2.8. Hoe wijder je diafragma open kan, des te meer licht je camera kan ontvangen en des te korter je sluitertijd dus kan zijn.
Als je aan de slag wil met sportfotografie, wees er dan op voorbereid dat je relatief hoge ISOs gaat moeten gebruiken. Zeker als je binnensport of avondsport fotografeert. Een hoge ISO stelt je ook in staat om je sluitertijd korter te maken.
Bij sportfotografie is het heel belangrijk dat je weet wat je fotografeert. Goede foto’s maken van een sport waar je geen verstand van hebt wordt lastig, omdat je niet weet waar je op moet letten en omdat je niet kunt anticiperen.
Vergeet bij sportfotografie niet dat het om veel meer gaat dan het bevriezen van een actie. Sporters hebben vaak enorm sterke emoties, zowel goede als slechte.
Let er dus op dat je niet alleen bezig bent met het vastleggen van mooie actieshots, maar dat je ook het emotionele aspect van sport meeneemt in je fotografie.